Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Heeft niet de mens een [1]strijd op de aarde, en [2]zijn zijn dagen niet als de dagen des dagloners? 1. Het Hebreeuwse woord, hier overgezet, wordt zeer dikwijls gebruikt voor een strijd, of kamp, of heir, die of werelds is, Num.1:3, enz., of kerkelijk, gelijk Num.4:3, enz., of geestelijk, 2 Kor.10:4; 1 Tim.1:18. Anders, gezetten tijd. 2. Versta, den tijd zijns levens, welke hier bij de dagen eens dagloners vergeleken wordt, omdat hij zeker en gesteld is, kort, vol arbeid en moeite, nochtans achtervolgd van enige rust; want een dagloner, des daags gewrocht hebbende, rust des nachts. Hieruit wil Job besluiten, naardien de gesteldheid van des mensen leven zodanig is, dat hij niet zo gruwelijk behoorde geplaagd te wezen, maar wel enige rust te hebben, voornamelijk als hij den Heere zijn God recht gevreesd en gediend had.